Janneke Jonkman
Janneke is het gezicht achter My Little Dutch Diary en schrijver van onder meer 'O jee, het zijn er twee'.
Na een lang fertiliteitstraject kregen Wendy en haar man met zes weken zwangerschap de schrik van hun leven: ze bleek zwanger van een eeneiige drieling. Vanaf dat moment belandden ze in een rollercoaster.
Wendy: ‘Ons eerste zoontje werd geboren na een fertiliteitstraject, en ook mijn tweede zwangerschap ontstond niet spontaan. Na 8 IUI’s en 5 IVF terugplaatsingen was ik opnieuw zwanger. Ook al waren we al lang bezig, er was ook dit keer maar één cryo teruggeplaatst. Wat een shock was het dus toen er bij de eerste echo in de zesde week drie kloppende hartjes te zien waren! Vanaf dat moment beland je in een rollercoaster. Vooral de eerste weken erna waren erg spannend. Omdat het nog zo vroeg was, was de kans groot dat er bijvoorbeeld een hartje zou stoppen. Ze zaten samen in één vruchtzak en deelden met zijn drieën de placenta, wat veel risico’s met zich meebrengt. Hoewel ze aanvankelijk elk hun eigen binnenvlies hadden, scheurde met 16 weken één binnenvlies, waardoor twee baby’s helemaal bij elkaar zaten en het een ‘mono-monozwangerschap’ werd. Elke twee weken hadden wij een echo en dit is tot het eind van de zwangerschap zo gebleven. Elke echo waren we bang dat er iets niet goed was. TTS of TAPS – waarbij de voeding of het bloed niet eerlijk worden verdeeld - waren risico’s waar we rekening mee hielden. We leefden elke dag in onzekerheid.
Behalve dat ze zwangerschap enorm spannend was, was het ook fysiek zwaar. De eerste 13 weken was ik onwijs misselijk, niet te vergelijken met mijn vorige zwangerschap, van één kindje, toen ik nergens last van had. Of ik heb kunnen genieten deze zwangerschap? Ik denk het niet. Natuurlijk ben je blij en onwijs dankbaar en geniet je ook zeker van het getrappel in de buik, maar de onzekerheid overheerste. Bovendien groeide mijn buik enorm hard, waardoor het ook al heel snel, heel zwaar werd. Doordat ik als verpleegkundige op de kraam/verlosafdeling werk in een ziekenhuis, wist ik gelukkig veel over zwangerschap en bevalling, dat scheelde wel. Ik hoefde me niet meer echt in te lezen, wist goed wat me te wachten stond.
Met 28 weken zwangerschap werd ik ter observatie opgenomen in het LUMC in verband met de grotere risico’s van de zwangerschap. Zo konden ze mij en de baby’s goed monitoren: twee keer per dag kreeg ik een CTG (hartfilmpje van de baby’s). Met 32 weken stond er een keizersnede gepland. Twee weken ervoor, op een zondagochtend begonnen de weeën. Ondanks de weeënremmers die ik kreeg, zetten de weeën door. Mijn man was op dat moment niet in het ziekenhuis, we hadden er niet op gerekend dat het al zou beginnen. Vervolgens kreeg ik ook nog te horen dat er in het LUMC op dat moment geen plek op de NICU was voor drie baby’s. Ook in de ziekenhuizen in de buurt was geen plek. Toen zij mij vertelden dat ik overgeplaatst moest worden, vond ik dat heel erg. Ik lag al twee weken in het LUMC, waar ik iedereen kende en het vertrouwde voelde. Nu moest ik met de ambulance naar Veldhoven worden gebracht, een rit van bijna twee uur.
Ik was niet voorbereid op de overplaatsing naar een ander ziekenhuis, maar gelukkig kon ik ook snel schakelen. Ik besefte dat het het allerbelangrijkste was dat de meisjes goed opgevangen konden worden. Gelukkig had ik tijdens de rit geen extreme weeën, maar toen we aankwamen in Veldhoven had ik al 4 centimeter ontsluiting. Eenmaal daar liet ik het op me afkomen. Mijn man is direct naar Veldhoven gereden en was gelukkig op tijd. De keizersnede verliep rustig en prima. Liever had ik ze nog twee weken langer in mijn buik willen houden, maar ik had het volledige vertrouwen dat het goed zou komen.
En toen kwam het bijzondere moment dat ze zeiden: ‘Hier is baby 1’. Dat was Liv, een klein meisje van 1385 gram. Evi kwam een minuut later en woog 1370 gram. Nog een minuut later werd baby drie geboren: Zoé van 1310 gram. Zoé zat nog in haar eigen vliesje toen zij eruit werd gehaald, heel bijzonder. Opeens waren we drie kinderen rijker.
Ik voelde me enorm trots en dankbaar dat ze 29+6 weken in mijn buik hadden gezeten en alles eerlijk hadden verdeeld, maar ook verdrietig dat ik ze niet nog wat langer had kunnen dragen. Omdat ze tien weken te vroeg geboren waren, werden ze meteen bij me weggehaald, maar gelukkig hadden ze alle drie een goede start en konden ze nog even bij me worden gelegd voor ze naar de NICU gingen. Ze waren heel erg mini, maar toch vonden wij ze er heel goed uitzien. We waren op het ergste voorbereid, van die doorzichtige kindjes, maar wat waren ze mooi!
(Lees verder onder de afbeelding.)
Janneke is het gezicht achter My Little Dutch Diary en schrijver van onder meer 'O jee, het zijn er twee'.
Na drie dagen werd ik ontslagen uit het ziekenhuis, terwijl de meisjes nog tien weken moesten blijven. De eerste drie weken verbleven ze op de NICU in Veldhoven en sliepen wij met ons bijna vierjarige zoontje Mika in het Ronald MCDonald Huis. Daarna zijn de meisjes overgeplaatst naar Delft. Ik kolfde elke paar uur; de meisjes hebben de hele ziekenhuisperiode borstvoeding gekregen. Een paar dagen voor de uitgerekende datum mochten ze naar huis. Daar stapten we over op de fles, dat was vooral een tijdskwestie. We hebben ook nog een peuter en ik wilde niet de hele dag met voeding bezig zijn.
Inmiddels zijn de meisjes bijna zes maanden oud – hoewel ze gecorrigeerd pas bijna vier maanden oud zijn. Ze ontwikkelen zich zoals het hoort. De meisjes zijn gelukkig heel makkelijk. Ze slapen al een tijdje lekker door. Het zijn vrolijke meisjes die vrij weinig huilen. Alleen het drinken vinden zij niet zo leuk, de flesmomenten zijn dan ook de minst leuke momenten op een dag. Gelukkig is de fles niet voor altijd. Binnenkort mogen wij gaan starten met de hapjes, ik ben heel benieuwd hoe ze dat gaan vinden. Soms vergeet ik even dat ze nog zo klein zijn, omdat ze al bijna zes maanden bij ons zijn. Hoe zullen hun karakters gaan zijn? Ik ben enorm nieuwsgierig hoe zij zich gaan ontwikkelen.
Wij hebben twee lange fertiliteitstrajecten gehad en ik had twee totaal verschillende bevallingen. De eerste was een natuurlijke bevalling en de tweede een spoedkeizersnede. Nu zijn we na twee zwangerschappen vier kinderen rijker! De afgelopen jaren hebben in het teken gestaan van zwanger willen worden. Dat heeft veel verdriet en onzekerheden met zich meegebracht. En kijk waar we nu staan! Opeens hebben we een groot gezin met vier kinderen. Zie maar eens een gezinsauto te vinden waar zes personen in passen, met nog kofferbakruimte en die ook nog mooi is, haha. En natuurlijk krijgen we veel opmerkingen als we met ze over straat gaan. Iedereen zit je aan te staren en je kunt nergens rustig heen. Maar wat ben ik trots op hoe wij dit allemaal hebben gedaan en vooral ook doorstaan en bovenal enorm dankbaar. Wij gaan volop genieten!
Aan moeders die zwanger zijn van een meerling zou ik willen zeggen: probeer te genieten van elk moment en laat het vooral op je afkomen. Soms heb je geen invloed op wat er gaat gebeuren. Bereid je voor hoe je zelf wilt. Wil je een geboorteplan maken of juist niet - alles is goed. Doe alleen waar je je zelf goed bij voelt.’
Verhaal en beeld: Wendy Vuurens. Je vindt Wendy hier.